Subsidieregeling betere luchtkwaliteit Noord-Brabant 2013
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
Gelet op de artikelen 2 en 15 van de Algemene subsidieverordening Provincie Noord-Brabant;
Overwegende dat het Rijk en de provincie Noord-Brabant financiële middelen ter beschikking
hebben gesteld om in de periode 2007 tot en met 2015 via cofinanciering bij te dragen
aan de verbetering van de luchtkwaliteit in de provincie Noord-Brabant;
Overwegende dat verbetering van de luchtkwaliteit “gezondheidswinst” oplevert die
aansluit bij het Provinciale Milieu Plan;
Overwegende dat het verbeteren van de luchtkwaliteit via een samenwerkingsverband
meerwaarde genereert die aansluit bij de visie zoals beschreven in de Agenda van Brabant;
Besluiten vast te stellen de volgende regeling:
Toelichting behorende bij de Subsidieregeling betere luchtkwaliteit Noord-Brabant
2013.
Algemeen
De Europese luchtkwaliteitsnormen worden overschreden. In het stedelijke gebied vormt
het verkeer de belangrijkste bron van luchtvervuiling. Het Brabants Samenwerkingsprogramma
Luchtkwaliteit (BSL), als onderdeel van het Nationale Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit
(NSL), is opgesteld om deze problematiek aan te pakken. Het BSL bevat maatregelen
die gemeenten en de provincie treffen.
In 2008 is door Gedeputeerde Staten een beleidsregel “Verbeteren Luchtkwaliteit in
Brabant” vastgesteld. Dit betrof een subsidieregeling die vele projecten mogelijk
heeft gemaakt. De beleidsregel liep tot 1 januari 2012. Doordat een aantal kansrijke
projecten niet in 2011 ingediend konden worden is het in de beleidsregel bepaalde
subsidieplafond niet bereikt. Deze (rijks)middelen afkomstig uit het NSL van het ministerie
van Infrastructuur en Milieu (I&M) zijn alsnog ingezet via de Subsidieregeling betere
luchtkwaliteit Noord-Brabant die op 27 augustus 2012 is ingegaan.
In deze regeling is rekening gehouden met een aantal nieuwe ontwikkelingen. Er komt
bij luchtkwaliteit steeds meer aandacht voor de gezondheidscomponent i.p.v. alleen
maar de grenswaarde (concentratiewaarde) halen. Het Provinciale Milieu Plan heeft
gezondheid als rode draad opgenomen in het programma. De Agenda van Brabant geeft
de volgende hoofdlijnen: innovatie, kennisontwikkeling, leefomgeving, regisseur grote
(gebieds)opgaven en verbindende schakel. Ook is uit diverse overleggen gebleken dat
er kansen liggen voor productie en gebruik van biogas als brandstof. Om dit proberen
te versnellen/vlot te trekken dient dit extra gestimuleerd te worden d.m.v. voorbeeldprojecten
of coalitievorming. Al deze elementen zijn meegenomen in de Subsidieregeling betere
luchtkwaliteit Noord-Brabant.
De subsidiabele activiteiten van deze subsidieregeling zijn:
A) Innovatieve projecten passend binnen de doelstelling van het BSL met een subsidieplafond
van € 275.000;
B) Projecten die de relatie tussen gezondheid en luchtkwaliteit in beeld brengen,
met een subsidieplafond van € 55.000;
C) Projecten ter stimulering van productie en rijden op “groen gas” met een subsidieplafond
van totaal € 125.000.
De totaal te verstrekken subsidie bedraagt € 455.000.
Deze regeling bleek een succes te zijn. Binnen 2,5 maand waren de subsidieplafonds
bereikt van de onderdelen A) en B). Voor onderdeel C) is gebruik gemaakt van een tender.
In deze regeling is een onderscheid gemaakt tussen demonstratieprojecten en overige
groengas projecten waarbij een verdeelsleutel van de subsidieplafonds is gehanteerd
van € 75.000 voor demonstratieprojecten en € 50.000 voor overige groengas projecten.
Het plafond is voor de overig groengas projecten is ook bereikt. Voor het demonstratieproject
zijn uiteindelijk geen aanvragen ingediend omdat de potentiële projectplannen niet
matchten met de subsidievoorwaarden of tijdsplanning of omdat er geen financiële substantiële
bijdrage was voor het totale project.
Voor het onderdeel A) innovatieve projecten blijkt veel belangstelling te bestaan.
Het resterende bedrag van € 75.000 wordt daarom in de nieuwe Subsidieregeling betere
luchtkwaliteit Noord-Brabant 2013 hiervoor ingezet.
Wettelijk kader
Subsidieverstrekking is gebaseerd op de Algemene wet bestuursrecht. De wettelijke
grondslag voor subsidieverstrekking door de provincie Noord-Brabant is neergelegd
in de Algemene subsidieverordening Provincie Noord-Brabant (ASV). De bepalingen van
de ASV zijn van toepassing op subsidies die op grond van deze subsidieregeling worden
toegekend, tenzij hier, waar mogelijk, van wordt afgeweken in de subsidieregeling
of subsidiebeschikking.
Dit betekent dat de algemene regels van de ASV, waarvan niet beoogd wordt af te wijken,
in deze regeling niet opnieuw zijn opgenomen. Een aanvrager zal dus naast deze subsidieregeling
ook de ASV moeten raadplegen om te weten welke rechten en verplichtingen aan de subsidie
verbonden zijn.
In de ASV zijn met name in artikel 10 belangrijke administratieve verplichtingen vastgelegd
in verband met de financiële verantwoording. Deze verplichtingen gelden op grond van
artikel 10, derde lid, ook voor subsidies die direct worden vastgesteld. Verder is
de subsidieontvanger op grond van het vierde lid van artikel 10 ASV verplicht in iedere
publicatie te vermelden dat het project is gerealiseerd met financiële steun van de
provincie Noord-Brabant. Op grond van artikel 14 van de ASV dient de subsidieontvanger
het bestuur direct in kennis te stellen van stagnatie, wijzigingen in de uitvoering
van een project of andere feiten waardoor de uitvoering in gevaar komt, wordt vertraagd
of versneld.
De-minimissteun
Deze subsidieregeling behoeft niet aangemeld te worden bij de Europese Commissie omdat
voldaan wordt aan de vrijstellingsvereisten als geformuleerd in Verordening (EG) nr.
1998/2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op
de-minimissteun (Pb 2006, L 379/05). Hiertoe is bepaald dat niet meer subsidie wordt
verstrekt dan tot het drempelbedrag van € 200.000 (€100.000 voor ondernemingen in
het wegvervoer). De subsidieaanvrager dient hier overigens zelf op toe te zien en
zelf de juiste gegevens toe aan te dragen.
Artikelsgewijs
Artikel 3 Subsidiabele activiteitenDe subsidie is gericht op projecten die een specifieke bijdrage leveren aan vernieuwingen,
inzichten en ontwikkelingen ter verbetering van de luchtkwaliteit.
Artikel 5 SubsidievereistenOnder a
De subsidie is bedoeld om projecten ter verbetering van de luchtkwaliteit te stimuleren.
Vandaar dat deze is opgezet als cofinanciering waarbij de aanvrager de helft van de
kosten uit andere middelen dient te bekostigen, eigen middelen of middelen van derden
waaronder subsidies.
Artikel 6 Subsidiabele kostenDe hoofdregel is dat alleen kosten gemaakt na de datum van verlening subsidiabel zijn.
Bij uitzondering kunnen Gedeputeerde Staten anders beslissen.
Artikel 10 SubsidiehoogteLid 2
Het bedrag van € 200.000 (resp. € 100.000) komt overeen met het drempelbedrag dat
de Europese Commissie heeft vastgesteld ten aanzien van de-minimissteun. Dit bedrag
geldt per onderneming over een periode van drie belastingjaren. Steun onder deze drempel
behoeft niet te worden aangemeld. In deze (verordening/regeling) is ervoor gekozen
om bij de subsidietoekenning dit bedrag niet te overschrijden.
Het kan echter in de praktijk voorkomen dat een door ons begunstigde onderneming in
de afgelopen drie jaar al eens subsidie of een andere vorm van steun van een overheidsorgaan
heeft ontvangen. Dit moet blijken uit de “Verklaring de-minimissteun”.
Indien de te verlenen subsidie tezamen met de reeds ontvangen steun een
bedrag van € 200.000 (resp. € 100.000) overschrijdt, zal in dat specifieke geval de
onderhavige subsidieverlening aangemeld moeten worden.
Artikel 11 VerdeelcriteriaVanwege de verdeelcriteria worden de projecten beoordeeld op de mate waarin zij voldoen
aan de criteria hetgeen van invloed is op de te behalen punten. Vervolgens worden
alle punten per project opgeteld.
Artikel 12 Subsidieverlening Voor de aanvraagtermijn is aangesloten bij de ASV. Let op voor de subsidievaststelling
is aangesloten bij artikel 10 van de ASV. Het aanvragen van een subsidievaststelling
volgt uit de systematiek van de subsidietitel van de Awb.Artikel 13 Verplichtingen van de subsidieontvangerDit artikel bevat aanvullingen op de verplichtingen die zijn opgenomen in de ASV,
waaronder de verplichting bij publicaties met betrekking tot de te subsidiëren activiteit,
te vermelden dat de activiteit gedeeltelijk wordt gerealiseerd met subsidie van de
provincie Noord-Brabant.
Ten aanzien van de middelen afkomstig van het NSL heeft de provincie Noord-Brabant
verantwoordingsverplichtingen conform de zogenoemde sisa-systematiek zoals opgenomen
in het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV). Op grond
van de ASV dient ook een subsidieontvanger bij een verzoek om vaststelling van subsidie
aan deze verantwoordingsverplichtingen te voldoen zodat de provincie nochtans voldoende
gegevens verzamelt om aan de eigen verantwoordingsverplichting richting het Rijk te
kunnen voldoen.
Artikel 14 Vaststelling subsidies tot € 25.000In lijn met ontwikkelingen op subsidiegebied (het kader financieel beheer rijkssubsidies)
en binnen de ruimte die de huidige ASV biedt, is bepaald dat subsidies tot € 25.000
direct worden vastgesteld. Conform artikel 10, derde lid van de ASV ontslaat dat de
subsidieontvanger niet van de verantwoordingsverplichtingen. De desbetreffende gegevens
moeten uiterlijk drie maanden na afloop van de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt
dan wel binnen drie maanden na afloop van het jaar waarvoor subsidie is verstrekt,
worden ingediend.
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
de voorzitter
|
de secretaris
|
prof. dr. W.B.H.J. van de Donk
|
drs. W.G.H.M. Rutten
|