Stichting Beekenbos: meebewegen met de realiteit
In deze serie ‘De groene ambitie: herstel van bos’ gaan we met verschillende mensen in gesprek die een aanvraag hebben gedaan voor de subsidie ‘Boscompensatieregeling buiten het Natuurnetwerk Brabant’. Hoe start je zo’n project, wat motiveert hen en waar lopen ze tegenaan?
Joost van Beek (stichting Beekenbos) aan het woord
Deze stichting zorgt voor meer bossen en natuurgebieden in Brabant. Dit doet zij met subsidies van overheden en donaties van familie, vrienden, kennissen, bedrijven en andere betrokkenen. En dus ook de boscompensatieregeling van de provincie Noord-Brabant.
Het begon ongeveer acht jaar geleden, tijdens een familiedag. Daar ontstond een gesprek dat uiteindelijk zou leiden tot de oprichting van de stichting. Wat begon als een familie-initiatief, gericht op het compenseren van de eigen CO2-uitstoot, groeide uit tot een duurzame missie die bijdraagt aan natuurherstel. Op dit moment wordt de stichting gesteund door vijf families en hun netwerken plus een aantal kleinere bedrijven.
Groeiend besef
Joost vertelt: “Ik kom zelf uit een grote familie, een familie die vaak te maken heeft met reizen naar verre uithoeken van de wereld. Mijn eigen zoons zijn daar het voorbeeld van: de een woont al meer dan tien jaar in Ecuador, terwijl de ander net terug is van een jaar in Australië waar hij een kind heeft gekregen. Daar wil je dan graag naartoe om je kleinkind te zien.” Joost zelf maakte zijn eerste vliegreis pas op zijn 35ste. Deze reizen brachten Joost niet alleen avontuur en blijdschap, maar ook een groeiend besef van zijn ecologische voetafdruk. En dat besef was er ook bij zijn broers en zussen. “Daarbij vertrouwden we de bekende ‘CO2-compensatieknop’ bij het boeken van vliegtickets niet helemaal. Op een dag besloten we daarom als familie: we gaan iets doen aan onze CO2-uitstoot.” Zo ontstond het idee om een stichting op te richten, met als doel hun impact op het milieu te compenseren door het kopen van grond en onderhouden van natuurbos.
Uitbreiding bestaand bosperceel
Met de eerste donaties werd het tijd om daadwerkelijk grond aan te schaffen en stond de stichting voor een onverwachte uitdaging. “Onze eerste zoektocht bracht ons naar Zweden. Ik heb daar een familielid in de bosbouw”, vertelt Joost. Maar daar stuitten ze op een harde realiteit: buitenlandse eigenaren zijn niet welkom om bosgrond te kopen. De angst dat een grootmacht zoals China massaal Zweedse bossen zou opkopen, had geleid tot strikte wetgeving.
“Uiteindelijk vonden we een kans dichter bij huis, in de gemeente Cranendonk. We kwamen in contact met een familie die, net als wij, uit een kinderrijke familie komt. Het klikte meteen en al snel hadden we een deal gesloten”, aldus Joost.
Daarna wilde stichting Beekenbos eigenlijk al gauw de bestaande percelen uitbreiden. Hun oog viel op een klein agrarisch perceel bij het Keunenhoekbos, dat buiten het Natuurnetwerk Brabant viel en ook geen NNB-grond kon worden. De subsidie vanuit de boscompensatieregeling van de provincie bood uitkomst.
Politieke discussies
Wat volgde was een proces van bureaucratie en papierwerk, maar met het nodige doorzettingsvermogen lukte het Joost om de benodigde subsidie te verkrijgen. “Als provincie moet je meeliften op andere regelingen en stramienen. Het aanvragen van subsidies is tegenwoordig heel bureaucratisch en juridisch geworden. Mijn advies is om dit soort regelingen neer te leggen bij het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB), de uitvoeringsorganisatie van de provincie. Zij hebben zelf veel meer speelruimte en heb je maar één contactpersoon. Ik denk dat je voor een volgende subsidieronde de aanvragers wat meer kan ontzorgen.”
Er ontstond ook een politieke discussie: “Op het moment dat je de subsidieverlening hebt denk je ‘Ik ben er’, maar voor dit perceel gold dat we ook een omgevingsvergunning nodig hadden. Daarvoor hadden we niet alleen toestemming van de gemeenteraad nodig, maar ook van het college van B&W. Als het geen NNB-grond zou worden, zou het eigenlijk toebehoren aan de omringende boeren.” Op advies van de gemeente schakelde Joost een adviesbureau in. “Met behulp van adviseurs is er tot op de vierkante millimeter uitgevochten van wie de grond is. Uiteindelijk is besloten dat we toch bos mogen planten, omdat het perceel wordt omgeven door bos.” Samen met de pachters van de grond is een koopovereenkomst getekend en afgesproken dat er pas na twee jaar zal worden geplant. Eind 2024 begint de stichting met de eerste helft te beplanten.
Samen groeien
Het doel van stichting Beekenbos is om uiteindelijk twintig hectare bos in de gemeente Cranendonck te verkrijgen, verspreid over verschillende plekken. Dat doet de stichting door kleine plekken grond te beplanten, zoals NNB-grond die niet interessant is voor boeren, stortgrond, of door een vervallen bos op te knappen. “We kopen plantgoed, (vaak via Staatsbosbeheer) en organiseren plantacties met familie, vrienden en vrijwilligers. Onlangs staken jonge kinderen van de scouting samen de handen uit de mouwen om bomen te planten, die hopelijk voor generaties zullen blijven bestaan.”
Joost vervolgt: “Onze motivatie is gaandeweg gegroeid. Wat begon als een manier om onze eigen CO2-uitstoot te compenseren, is uitgegroeid tot een breder doel: het bevorderen van biodiversiteit (De verscheidenheid aan leven in een bepaald gebied). We streven naar een gevarieerd en natuurlijk bos. Op plekken waar weinig natuurlijke verjonging plaatsvindt, planten we loofboompjes bij.”
Met al deze inspanningen heeft de stichting inmiddels zo’n acht à negen hectare bos gerealiseerd, maar het vinden van grond blijft een grote uitdaging. Het vergt geduld, doorzettingsvermogen en een flinke dosis diplomatie om boeren en andere grondeigenaren te overtuigen om land aan de stichting te verkopen. Met alle partijen blijft de stichting altijd goed in gesprek.
Meebewegen met de realiteit
Stichting Beekenbos is in mei 2023 begonnen met de boscompensatieregeling. Joost pleit ervoor dat de provincie met de subsidieregeling wat meer moet meebewegen met de realiteit. De veranderingen in het klimaat zorgen ervoor dat sommige voorwaarden uit de regeling misschien niet binnen de gestelde termijnen kunnen worden gehaald: “We hebben een heel natte winter en voorjaar gehad waardoor slechts de helft van de bomen het heeft overleefd. Bij ons perceel Keunenhoek 1 is een derde van de boompjes doodgegaan. Bomen die al drie jaar oud waren. Het verraste ons heel erg dat zandgrond zo nat kan worden dat bomen doodgaan.” Oorzaak was de extreme regenval in Zuidoost-Brabant geweest. “Daar houdt onze berekening geen rekening mee, dus daar zullen we opnieuw boompjes gaan planten. En dan wilgen of elzen die een beetje tegen nattigheid kunnen.” De stichting maakt gebruik van een CO2-berekening van de Wageningen Universiteit, zodat donateurs precies kunnen zien hoeveel ze nu eigenlijk compenseren: “Wij zijn er scherp op dat we het geld dat we krijgen verantwoord besteden volgens de berekeningen die daar ten grondslag aan liggen. Het moet wel kloppen.”
Joost streeft naar een wereld waarin compensatie voor CO2-uitstoot overbodig wordt. Maar zolang dat nog niet het geval is, blijft de stichting zich inzetten voor hun doel. Joost: “In onze familie geldt één eenvoudige regel: je mag zelf bepalen of je wel of niet vliegt, maar als je vliegt, compenseer dan je uitstoot. Dat is het minste wat we kunnen doen om de wereld een beetje groener achter te laten voor de generaties na ons.”
Denk jij na over de aanleg van een bos en heb je hulp nodig? Neem contact op met de Brabantse Bossenmakelaar: bossenmakelaar@brabant.nl.
Contact Brabantse bomen
Heeft u vragen? Neem dan per e-mail contact met ons op.