Peer Verkuijlen: Samen optrekken voor een vitaal platteland


Peer Verkuijlen, projectleider van VABIMPULS, blikt terug op de succesvolle VABIMPULS-bijeenkomst van 26 oktober jl. in Biezenmortel. Hij zag betrokkenheid, enthousiasme en een groot bewustzijn dat individuele toekomstperspectieven en collectieve belangen met elkaar in balans moeten zijn.

Peer: “We zijn met VABIMPULS nu 6 jaar bezig. We hebben ervaringen opgedaan met onze aanpak: het bieden van onafhankelijke ondersteuning aan de stoppende agrarische ondernemers en ondernemers die doorgaan, daarbij oog houdend voor de relatie met de omgeving, met ontwikkelingen die niet alleen óp maar ook rondom dat erf gaande zijn. En we weten inmiddels: ondernemers en de grote buitenwereld kunnen we niet los van elkaar zien.”

Communicerende vaten

“Het is een beetje de Wet van de communicerende vaten: het toekomstperspectief van een individuele agrarische ondernemer die gestopt is, wil stoppen of wil doorgaan ‘doet’ iets met de omgeving. En de plannen voor de omgeving zijn op hun beurt van invloed op die van de individuele agrarische ondernemer. Dat besef wordt steeds breder gedragen, getuige het gevarieerde publiek dat er op 26 oktober bij was. Het doet mij goed dat we ons er allemaal van bewust zijn dat we op het platteland van Brabant niet in ons eentje acteren, maar met elkaar moeten samenwerken om een veelbelovende toekomst tegemoet te gaan.”

“Zo’n bijeenkomst als op 26 oktober is heel nuttig om het daar met elkaar over te hebben. Zo weten we wat er speelt, waar mensen tegenaan lopen, waar kansen liggen voor meer samenwerking. Dat die behoefte er is, blijkt wel uit de overvolle zaal en de levendige discussies tijdens de workshops. Want het ís ingewikkelde materie om in dat buitengebied, met alle ruimtelijke en maatschappelijke ontwikkelingen die gaande zijn, een toekomstperspectief te formuleren. Niet alleen voor de toekomst van dat erf en zijn eigenaren, maar ook om de puzzel te leggen van hoe plannen passen bij andere doelen, zoals die op het gebied van stikstof, water en natuur. Of die van de nieuwe Omgevingswet.”

Plannen voor 2024

We kregen ook de bevestiging dat er nog steeds hardnekkige drempels zijn. Die blijken vooral de snelheid uit het proces te halen. ‘Snelheid en voortvarendheid’ zijn aspecten waar ik me al een tijdje zorgen over maak.

"Het is wenselijk dat overheden en dienstverleners plannen van ondernemers sneller oppakken. Geef sneller duidelijkheid zodat ze perspectief krijgen. Dat is iets waar we ons in 2024 op blijven richten, onder meer door te streven naar een nog nauwere samenwerking tussen alle partijen, ook met andere partners in het veld die ondersteuning bieden. Zodat we één front vormen om een vitaal platteland te realiseren. En als één front de molen sneller laten draaien om toekomstplannen daadwerkelijk van de grond te laten komen. Hopelijk gaat de Omgevingswet daarin betekenen waarvoor die is bedoeld.”

“De intentie om dat met elkaar te doen, is er. Dat hoorden we ook op 26 oktober, zowel tijdens de interactieve workshops als van onze gastsprekers. Deze laatsten gaven een waardevol inkijkje in hoe er binnen overheid en bedrijfsleven wordt nagedacht over de toekomst. Over hoe verschillen moeten worden overbrugd en keuzes moeten worden gemaakt zónder de belangen van ondernemers uit het oog te verliezen. Er ligt een opgave voor 2024 en daarna. De betrokkenheid die ik op 26 oktober zag, geeft me het vertrouwen dat we die met elkaar kunnen aangaan.”