Geluidsanering
De provincie is op grond van de Omgevingswet bevoegd voor de geluidsanering van de woningen langs provinciale wegen. De Omgevingswet kent een onderscheid tussen verplichte (of wettelijke) sanering en vrijwillige sanering. Om de sanering uit te kunnen voeren, is vanuit het rijk een budget beschikbaar.
Voor de verplichte sanering stelt de provincie een lijst samen. Het gaat hier om woningen met een geluidbelasting van 66 dB en hoger buiten de bebouwde kom en om woningen met een geluidbelasting van 71 dB en hoger binnen de bebouwde kom. Op basis van provinciaal beleid en de vrijwillige sanering gaat de provincie ook de woningen met een geluidbelasting van 61 tot 65 dB in beeld brengen (binnen de bebouwde kom 5 dB hoger).
Onder de Omgevingswet is het doel het geluid (op de gevel) terug te brengen tot de terugsaneerwaarde. De terugsaneerwaarde ligt 5 dB lager dan de saneringswaarde (60 dB buiten de bebouwde kom en 65 dB binnen de bebouwde kom).
Bij het bepalen van maatregelen wordt altijd gekeken of de kosten van maatregelen in verhouding staan tegenover het doel wat je wilt bereiken. Wanneer de terugsaneerwaarde op de gevel niet wordt bereikt met bron- (stil wegdek) en overdrachtsmaatregelen (geluidscherm/geluidswal), vindt onderzoek plaats of het geluid in geluidgevoelige ruimten (bijvoorbeeld slaapkamer of woonkamer) volgens de norm te hoog is. Is het geluid te hoog dan zijn maatregelen aan de woning zelf nodig. U kunt denken aan maatregelen zoals het afdichten van kieren, het plaatsen van dubbel glas of het verbeteren van dakisolatie.
Met sanering wordt dus het nemen van geluidsmaatregelen bedoeld in bijvoorbeeld een woning zodat het weer prettig wonen en leven is. Het gaat hierbij niet om het slopen van woningen of gebouwen.
Op basis van de Omgevingswet en provinciaal beleid, kunnen de potentiële saneringsobjecten in de volgende drie categorieën worden ingedeeld:
- Woningen met een geluidbelasting hoger dan 65 dB buiten de bebouwde kom (70 dB binnen de bebouwde kom) (verplichte/wettelijke sanering);
- Woningen met een geluidbelasting 61 tot en met 65 dB buiten de bebouwde kom (66-70 dB binnen de bebouwde kom) die op de landelijke saneringslijst staan zoals deze onder de Wet geluidhinder van toepassing was (vrijwillige sanering);
- Woningen met een geluidbelasting tussen 61 en 65 dB buiten de bebouwde kom (66-70 dB binnen de bebouwde kom) maar die niet op de landelijke saneringslijst staan zoals deze onder de Wet geluidhinder van toepassing was (sanering op basis van provinciaal beleid).
Woningen die eerder gesaneerd zijn of waarvoor de gemeente alsnog een VBT-subsidie (Voorbereiden, Begeleiding en Toezicht houden op de uitvoering van het saneringsprogramma) heeft aangevraagd, komen niet meer in aanmerking voor sanering en vormen als het ware een aparte categorie.
Het vaststellen van de saneringslijst is afhankelijk van de vaststelling van de Geluidproductieplafonds. Omdat de provincie tot 2026 de tijd heeft om de Geluidproductieplafonds vast te stellen, is er een kans dat het uitvoeren van de sanering wordt vertraagd. Om vertraging te voorkomen, heeft het rijk afspraken gemaakt met provincies dat zij, vooruitlopend op het vaststellen van de saneringslijst, al saneringen mogen uitvoeren. We noemen dit présanering.
Heeft u vragen?
Maak dan gebruik van het vragenformulier of bel met het algemene telefoonnummer van de provincie.