Subsidie collectieve wooninitiatieven

Brabant heeft behoefte aan zo’n 13.500 woningen per jaar. Het gaat hierbij niet alleen om aantallen (kwantiteit), maar ook om kwaliteit. Waar is behoefte aan? Steeds meer mensen willen in een gemeenschappelijk verband wonen en leven. Bij collectieve woonvormen gaat het om particulieren die samen en naar eigen wens hun woningen laten bouwen om er zelf te gaan wonen. Zij geven zo samen hun ‘buurt’ vorm. Voorbeelden zijn starters die een project met tiny houses willen beginnen, of een bestaand pand willen ombouwen tot woonruimten. Senioren en ouderen die (met gezinnen en jongeren) in een hofje willen wonen, waarbij ‘omzien naar elkaar’ en de persoonlijke privacy in balans zijn. Of een sociale ondernemer die een wooncollectief voor een bijzondere doelgroep wil realiseren.

Om de realisatie van woningbouw door collectieve wooninitiatieven van particulieren en sociale ondernemingen te stimuleren, heeft de provincie de afgelopen jaren financiële middelen verstrekt op basis van de 'Subsidieregeling Collectieve Wooninitiatieven'. Deze regeling kent subsidies in de vorm van giften voor de initiatief- en haalbaarheidsfase en renteloze leningen voor de ontwikkelfase. De regeling stelt voorwaarden aan de betaalbaarheid en duurzaamheid van de woningen. Belangrijke voorwaarden voor een renteloze lening zijn bijvoorbeeld de haalbaarheid van het plan, en een verklaring van de gemeente dat medewerking zal worden verleend aan de realisering van het woningbouwproject op de beoogde locatie.

In de loop van dit jaar wordt de subsidieregeling opnieuw opengesteld. Voor zowel de initiatief- als de haalbaarheidsfase van collectieve wooninitiatieven kan dan weer subsidie worden aangevraagd.

Hindernis wegnemen

Met deze regeling geeft de provincie collectieve wooninitiatieven een steun in de rug. De voorfinanciering van hun plannen blijkt nogal eens een hindernis in het proces naar praktische uitvoering, vandaar deze regeling. In de beginfase zijn er vaak nog onzekerheden, maak je al kosten en heb je nog geen hypotheek. Het helpt groepen dat er dan middelen beschikbaar zijn voor de initiatief- en haalbaarheidsfase en een renteloze lening in de ontwikkelfase.

Woningbouw door collectieven maakt onderdeel uit van de zogenoemde derde bouwstroom. Projectontwikkelaars en woningcorporaties vormen de eerste en tweede bouwstroom. De provincie vindt het belangrijk dat deze derde bouwstroom een steviger plek krijgt in de gemeentelijke en regionale woningbouwprogrammering. Dat ontbreekt nu nog vaak en ook dat belemmert deze maatschappelijk gezien waardevolle projecten, vaak ook met een belangrijke uitstraling naar de omgeving.

In de provincie zijn diverse aansprekende voorbeelden te vinden. Zoals project Zilverackers in Veldhoven, Ecodorp Boekel, De Lindehoeve in Tilburg, Bewust Wonen en Werken Boschveld in Den Bosch, De Hopman in Aarle-Rixtel, Wibox in Bergen op Zoom, Hof Zuiderbeek in Hilvarenbeek, het CPO-project in de Bouverijen in Teteringen en de projecten in Deurne en Biezemortel van Butterfly Effect.

Voor de voorwaarden en aanvraagmogelijkheden zie:

• Wonen, bouwen en leefomgeving - Collectieve wooninitiatieven en sociale ondernemingen, subsidie