Gemeenten

In hoofdstuk 5 van de Omgevingsverordening staan instructieregels
voor gemeenten voor het opstellen van ruimtelijke plannen. Deze zijn door Provinciale Staten vastgesteld als, één van de beschikbare, instrumenten om de doelstellingen en ambities in de Omgevingsvisie te realiseren.

Vanuit de een-overheidsgedachte is voor de provincie vroegtijdige samenwerking belangrijk. Zo kan zij de provinciale belangen tijdig kenbaar maken en samen met gemeenten in een vroeg stadium meedenken over extra mogelijkheden voor koppelkansen om de fysieke leefomgeving nog beter te beschermen en te verbeteren.

Vooroverleg

Voor het samenwerken aan de voorkant van ruimtelijke initiatieven, inclusief BOPA’S, zijn verschillende overlegstructuren mogelijk. De gemeenten, andere partners en de provincie bepalen de meest geschikte vooroverlegvorm. De inzet van de provincie is om in overleg te treden voordat het formele planproces wordt opgestart. De schriftelijke vooroverleg reactie over een bestemmingsplan zoals de provincie dat
onder de Wro gewend was te geven, wil de provincie dan ook graag vervangen door samenwerking aan de voorkant in een afgesproken vooroverlegvorm. Voor deze informele vooroverlegstructuur wordt geen digitaal formulier aangeboden.

Adviesrecht BOPA

In de Omgevingswet is een nieuw instrument geïntroduceerd; de buitenplanse omgevingsplan activiteit (BOPA). Met de BOPA is het mogelijk af te wijken van het vigerende omgevingsplan zonder dat het omgevingsplan op dat moment moet worden gewijzigd. In een aantal gevallen wil de provincie vanwege het provinciaal belang betrokken blijven bij de BOPA. Daarom hebben Gedeputeerde Staten gevallen aangewezen waarvoor de adviesverplichting geldt. In vier gevallen hoeft de gemeente geen adviesverzoek in te dienen:

Openbare voorbereidingsprocedure;
Als ontheffing is verleend;
Weigering;
Als vroegtijdig overleg is gevoerd.

De juridische bepalingen over adviesverplichting leest u op de website van de provincie.

Geen provinciaal advies nodig bij vroegtijdig overleg

Door de provincie vroegtijdig te betrekken in het overleg over initiatieven waarbij gebruik wordt gemaakt van de BOPA, kan de provincie haar belangen in dat vooroverleg aangeven en kan zij van haar officiële adviesrol afzien als van dit vooroverleg een deugdelijk verslag wordt gemaakt. Als de omgevingsvergunning volgens de uitkomsten van het overleg wordt verleend is geen provinciaal advies nodig. Voorwaarde is dat Gedeputeerde Staten in dat geval een kennisgeving van het besluit tot verlenen van de vergunning ontvangt. Ook hiervoor kunt u gebruik maken van een e-formulier.