Afhankelijk van de hoogte van het subsidiebedrag wordt bepaald hoe de verantwoording en controle plaats zal vinden. De provincie kent 3 arrangementen voor subsidieverlening, elk met een eigen verantwoording en controle.
Arrangement 1
Subsidies tot € 25.000. Arrangement 1 heeft lage administratieve en uitvoeringslasten. Subsidies die in dit arrangement vallen worden direct vastgesteld. Verantwoording vindt alleen desgevraagd plaats door middel van een steekproef en gaat alleen over de prestatie. De subsidieaanvrager hoeft geen financiële administratie bij te houden, maar moet wel stukken bewaren als bewijs dat de activiteiten zijn uitgevoerd.
Arrangement 2
Subsidies van € 25.000 tot € 125.000. Arrangement 2 subsidies worden eerst verleend en vastgesteld als de activiteiten zijn afgerond. De aanvrager moet hiervoor een verantwoording indienen maar, meestal, alleen over de prestatie en niet over de financiën. In voorkomende gevallen kunnen Gedeputeerde Staten echter afwijken van deze bepaling. Check daarom altijd goed de verplichtingen die in de brief met het subsidiebesluit staan opgenomen.
Arrangement 3
Subsidies vanaf € 125.000. Arrangement 3 subsidies kennen de hoogste administratieve en uitvoeringslasten. Ze worden eerst verleend en vastgesteld als de activiteiten zijn afgerond. De subsidieontvanger moet een zowel een financiële verantwoording indienen als een activiteitenverslag over de prestaties. Ook moet er een controleverklaring van een accountant worden aangeleverd.